Ik zit niet in een rolstoel ter inspiratie. Deze ziekte is mij niet overkomen, omdat ik er zo knap mee om kan gaan.
Ik wil doodgewoon meedoen. Ik wil werken, leven, sleur, net als jij.
Maar ondertussen moet ik naar therapeuten, ziekenhuizen en heel veel slapen. Das niet fijn, maar nodig. Ik ben daarom niet zielig, hoef geen medelijden, maar wil gezien worden om wie ik ben. Een vrouw met competenties, want naast het ziek zijn, ben ik ook vrouw, moeder, dochter, vrijwilliger, enz.
– Marijke